Materiaal
- Alcoholische ontsmettingsstof (chloorhexidine 2% in 70° alcohol)
- Naaldcontainer
- Nierbekken en/of afvalzak
- Juiste medicatie (cave: vervaldatum + juiste hoeveelheid)
- Niet-steriele kompressen
Voorbereiding
- Handhygiëne: wassen van handen
- Handhygiëne: handontsmetting
- Voorbereiding
- Werkvlak voorbereiding
- Identificatie patiënt
- Preventie prikongeval
Uitvoering
Je geeft de patiënt een liggende houding en je doet de juiste plaatsbepaling.
Je opent de verpakking en neemt de spuit, je verwijdert de hoes van de voorgemonteerde naald.
Let op: Een aanwezige luchtbel wordt niet verwijderd.
Je ontsmet de insteekplaats rastervormig, voldoende ruim, en je respecteert hierbij de contacttijd.
Je verwittigt de patiënt.
Je maakt een huidplooi.
Je prikt de naald loodrecht en volledig in de huidplooi.
Je spuit de niet-gepurgeerde medicatie langzaam in terwijl je de huidplooi behoudt (cave: luchtbel op het einde mee inspuiten).
Je verwijdert de naald en laat hierbij de huidplooi los.
Je drukt en/of wrijft NIET na (cave: hematomen).
Indien aanwezig schuif je het veiligheidssysteem over de spuit in de richting van de naald tot je een klik hoort.
Je brengt de naald onmiddellijk in de naaldcontainer (indien met een veiligheidssysteem breng je de naald in de afvalzak risico-houdend medisch afval).
Nazorg
Bronnen
- BCFI. (2024). Opgehaald van https://www.bcfi.be/
- Ghekiere, V., & Nelissen, G. (2013). Infusiebeleid voor verpleegkundigen. Acco.
- Goossens, L. (2018). Intraveneuze katheters, Praktijkgids voor een kwaliteitsvolle en multiprofessionele aanpak. Acco.
- Vermeulen, M. (2019). Stappenplannen, Technisch Verpleegkundige Verstrekkingen. Bohn Stafleu van Loghum.
(Laatst gewijzigd op 06/01/2025)