Rectale toediening: groot-lavement

Materiaal

  • Molton
  • Nierbekkens (2)
  • Bedpan en/of toiletstoel/toilet
  • Cellulose bedbescherming
  • Glijmiddel
  • Disposable klysma
  • Niet-steriele handschoenen
  • Infuusstaander
  • Toiletpapier of cellulose doekjes
  • Niet-steriele kompressen

Voorbereiding

Uitvoering

Je vult het lavementrecipiënt met voorgeschreven vloeistof.

Je legt een molton aan en legt de bovenlaag open tot aan het voeteneinde.

Je installeert de patiënt op de linkerzijde.

Je maakt de stuit voldoende vrij en zorgt dat de kledij niet bevuild kan worden.

Je plaatst de bedbescherming deels onder de stuit van de patiënt en zet hierop een nierbekken.

Je doet niet-steriele handschoenen aan.

Je brengt het glijmiddel met een kompres op de sonde.

Je ontlucht de leiding en de sonde.

Je verwittigt de patiënt en je brengt de ingevette sonde doorheen de anus in de richting van de navel.

Je brengt vervolgens de sonde onder zachte druk in dorsale richting verder in.

Je laat de vloeistof inlopen onder zachte druk.

Je verhoogt de inloopsnelheid door de disposable irrigator 45 cm boven de rectale sonde te houden.

Je observeert het inlopen van de vloeistof en je sluit de irrigator voor deze helemaal leeg is.

Je houdt een cellulosedoekje of toiletpapier tegen de anus en je verwijdert de sonde in een vlotte beweging. Je vraagt hierbij de billen op te spannen.

Je rolt het ingebrachte deel van de sonde op in de handschoen en trekt de handschoen hierover.

Je gooit heel het irrigatorsysteem in de vuilnisbak.

Je neemt de overblijvende handschoen aan de binnenzijde vast en trekt deze handschoen uit.

Je vraagt de patiënt om de vloeistof een tiental minuten op te houden.

Je installeert de patiënt op de bedpan , toiletstoel of toilet (afhankelijk van de mogelijkheden van de patiënt).

 Je verwittigt de patiënt dat het resultaat van het klysma door een verpleegkundige moet geobserveerd worden.

Nazorg

Bronnen

  • Bij deze procedure werd nog geen link toegevoegd naar (wetenschappelijke) bronnen. Mocht je relevantie literatuur gevonden hebben, mag je dit altijd laten weten aan de vakdocent of praktijklector.