Materiaal
- Alcoholische ontsmettingsstof
- Naaldcontainer
- Nierbekken en/of afvalzak
- De voorbereide spuit met medicatie
- 3 Niet-steriele kompressen
- Steriele IM-naald (23-25 Gauge) + reserve
- Snelverbandje
Voorbereiding
- Handhygiëne: wassen van handen
- Handhygiëne: handontsmetting
- Voorbereiding
- Werkvlak voorbereiding
- Identificatie patiënt
- Uitpakken gedeeltelijk steriel materiaal
- Preventie prikongeval
Uitvoering
Je neemt de voorbereide spuit met medicatie en controleert de aangebrachte identificatiegegevens.
Je verwijdert de optreknaald met de hand en werpt deze in de naaldcontainer (Cave: steriliteit).
Je plaatst de IM naald op de spuit.
Je purgeert de spuit met de IM naald tot aan het aanzetstuk, fixeert hierbij spuit en naald.
Je geeft de patiënt de juiste houding en doet de juiste plaatsbepaling.
Bij jongere kinderen is (< 2 jaar) de dijbeenspier de insteekplaats. Plaats 1 hand boven de knie en 1 hand onder de heup. Het zichtbare gebied is de inspuitplaats. Maximum in te spuiten volume 3 ml.
Bij oudere kinderen (vanaf 2 jaar) kan de bovenarmspier gebruikt worden.
Plaats 2 vingers op het schoudergewricht, het gebied daaronder is de inspuitplaats. Maximum in te spuiten volume 2ml.
Injecteer bij zuigelingen en peuters niet in de bil
Je ontsmet de insteekplaats circulair van binnen naar buiten, voldoende ruim en je respecteert de contacttijd.
Je neemt de gebruikte kompres vast in de niet-dominante hand.
Je neemt de spuit klaar en verwijdert de hoes van de IM naald.
Je verwittigt de patiënt.
Je trekt de huid strak en brengt met de dominante hand de naald vlot en loodrecht t.o.v. de huid in.
Je fixeert met de niet-dominante hand spuit en naald.
Je doet een bloedvatcontrole.
Je spuit de medicatie langzaam in. Indien toediening van verschillende medicatie, versteek je de naald (Zig-zag methode). Na het versteken kan je de spuit ontkoppelen en een tweede spuit met een ander medicament bevestigen. Vergeet geen bloedvatcontrole alvorens het tweede geneesmiddel in te spuiten.
Je steunt de huid kort bij de naald door middel van de kompres uit de niet dominante hand, en verwijdert spuit en naald.
Je breng de naald onmiddellijk in de naaldcontainer.
Je drukt met een kompres op de insteekplaats.
Je brengt het snelverband aan.
Nazorg
Bronnen
- Landelijke protocollen kinderverpleegkundige zorg (z.d.). Intramusculair injecteren. Geraadpleegd op 21 mei 2024, van https://www.lpkz.nl/
(Laatst gewijzigd op 20/09/2024)